woensdag 20 maart 2013

Het laatste uur van Jezus


Het laatste uur
The final hour
Tim Keller
Gehouden op 16 april 2000
Mattheüs 27:45-56
Te beluisteren in het Engels op: http://sermons2.redeemer.com/sermons/final-hour

Samenvatting
Deze preek gaat over drie uitroepen die in het donker werden gedaan, toen Jezus aan het kruis hing. Elke uitroep lost een probleem, een dilemma op, zoals het kruis  veel van onze diepste menselijke dilemma's op lost. Eén van de dilemma’s is dat we ons afvragen hoe er een God kan zijn als er zoveel onrecht is in de wereld. Van alle religies in de wereld heeft alleen het christendom een God die naar de aarde toe kwam en die naast ons onrecht lijdt en die in onze plaats het lijden op zich nam. Mensen verklaren God dood, vanwege al het lijden in de wereld. En God ging dood, vanwege het lijden!
Een ander dilemma is dat wij goed willen doen, maar dat we ook vrij willen zijn. We vragen ons af hoe we ooit een volmaakt heilig God echt kunnen behagen. Maar aan het kruis voldoet Jezus voor ons aan de heiligheid die God vraagt. Hij heeft alles volbracht! Het tempelgordijn is gescheurd en we mogen binnenkomen om te worden verwelkomd als Gods kinderen.
De uitroep van de centurio laat ons zien hoe moeilijk het is om het evangelie te begrijpen. Of: hoe gemakkelijk het is om te denken dat je het evangelie begrijpt terwijl dat dat helemaal niet zo is. Religieuze mensen bij het kruis missen totaal wat er gaande is. Terwijl de heidense centurio het wel begrijpt. Snap jij het evangelie echt of vertrouw je toch op je eigen goede werken?

Bijbelgedeelte Mattheüs 27:45-56
45 Rond het middaguur viel er duisternis over het hele land, die drie uur aanhield. 46 Aan het einde daarvan, in het negende uur, gaf Jezus een schreeuw en riep luid: ‘Eli, Eli, lema sabachtani?’ Dat wil zeggen: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten?’ 47 Toen de omstanders dat hoorden, zeiden enkelen van hen: ‘Hij roept om Elia!’ 48 Meteen kwam er uit hun midden iemand toegesneld die een spons pakte en in zure wijn doopte. Hij stak de spons op een stok en probeerde hem te laten drinken. 49 De anderen zeiden: ‘Niet doen, laten we eens kijken of Elia hem komt redden.’ 50 Nog eens schreeuwde Jezus het uit, toen gaf hij de geest. 51 Op dat moment scheurde in de tempel het voorhangsel van boven tot onder in tweeën, en de aarde beefde en de rotsen spleten. 52 De graven werden geopend en de lichamen van veel gestorven heiligen werden tot leven gewekt; 53 na Jezus’ opstanding kwamen ze uit de graven, gingen de heilige stad binnen en maakten zich bekend aan een groot aantal mensen. 54 Toen de centurio en degenen die met hem Jezus bewaakten de aardbeving voelden en merkten wat er gebeurde, werden ze door een hevige angst overvallen en zeiden: ‘Hij was werkelijk Gods Zoon.’
55 Vele vrouwen, die Jezus vanuit Galilea gevolgd waren om voor hem te zorgen, stonden van een afstand toe te kijken. 56 Onder hen bevonden zich Maria uit Magdala, Maria de moeder van Jakobus en Josef, en de moeder van de zonen van Zebedeüs.

Preek
Dit Bijbelgedeelte hoort bij het deel uit het evangelie Mattheüs over de lijdenstijd. Mattheüs vertelt niet over de laatste dagen en uren van Jezus als een verslaggever, maar als een leraar. Hij vertelt ons niet gewoon dát Jezus sterft, maar bouwt zijn vertelling op rond uitspraken en verklaringen, waardoor wordt uitgelegd waaróm Jezus stierf.

Het is vandaag de dag heel normaal dat mensen zeggen dat het kruis misschien voor iemand anders wel wat betekent, maar voor hen zelf niet. Dat ieder zijn eigen uitleg mag geven aan het sterven van Jezus. ‘Ik interpreteer het op mijn manier, jij doet het op jouw manier.’

Maar de evangelieschrijvers laten die optie helemaal niet open! Zij geven een heel duidelijke uitleg bij zijn dood. Het is zelfs zo dat Jezus zelf zijn dood uitlegt. Jezus sterft niet gewoon. En de evangelieschrijvers vertellen waarom Jezus sterft en wat de betekenis is van zijn sterven.

Tijdens de laatste momenten van het leven van Jezus, als het donker is, wordt er drie keer geschreeuwd. En dat is interessant. Want omdat het zo donker was kon de ooggetuige niet veel vertellen over wát er gebeurde, want dat was nauwelijks te zien. Daarom wordt er verteld wat er wordt gezegd. In vers 46 is er een luide schreeuw, in vers 50 nog eens en in vers 54 is er nog uitroep, meer een verklaring. Drie uitroepen in het donker. En elke uitroep vertelt ons iets over de betekenis van het kruis. We gaan elke uitroep bespreken. We gaan kijken wat die uitroep ons vertelt over de betekenis van het kruis. En ook hoe die uitroep toe kan worden gepast op een groot dilemma dat veel mensen hebben. Want het kruis verandert alles. Het kruis heeft iets te zeggen over elk probleem van mensen en vandaag gaan we er drie bespreken.

1.    De eerste schreeuw en hoe die schreeuw één van onze belangrijkste moderne dilemma’s oplost
2.    De tweede schreeuw lost een menselijk probleem op
3.    De derde schreeuw lost een persoonlijk probleem op

1. De eerste schreeuw en hoe die schreeuw één van onze belangrijkste moderne dilemma’s oplost.
Wat betekent die eerste schreeuw? In vers 46 staat:

Aan het einde daarvan, in het negende uur, gaf Jezus een schreeuw en riep luid: ‘Eli, Eli, lema sabachtani?’ Dat wil zeggen: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten?’

Het Griekse woord dat hier voor ‘luide schreeuw’ gebruikt wordt, wordt verder nergens in het Nieuwe Testament gebruikt en het betekent dat er echt luid werd geschreeuwd. Jezus schreeuwde het uit! En daar hebben heel wat mensen zich het hoofd over gebroken. Want het lijkt erop of Jezus hier gebroken is, dat hij God opgeeft, dat hij instort, dat hij tegen God zegt dat Hij hem heeft laten falen. Mensen hebben daar problemen mee.

Interessant om te weten is dat historici zeggen dat het feit dat Jezus hier gebroken lijkt, in elk geval oppervlakkig gezien, zo’n problematische verklaring is dat dat nooit zo op zou zijn geschreven als het niet echt gebeurd was. Er is jou op school of college wellicht ook altijd voorgehouden dat de evangeliën door de volgelingen van Jezus zijn geschreven en dat ze historisch gezien niet echt waar zijn. Maar ik kan je één ding vertellen, en historici zijn het met me eens: als jij een geschrift opstelt over de dood van de oprichter van jouw geloof, met als doel dat geloof te promoten, dan zou je, als laatste woorden voor zijn sterven, nooit zulke onheldhaftige, hopeloze en wanhopige woorden in zijn mond leggen. Dat zou je nooit doen! Het problematische is dus dat het zeker is dat Jezus deze woorden wél gezegd heeft. Het is wel zeker dat het echt zo is gebeurd.

Maar wat betekent die schreeuw? Hier zien we de essentie van Jezus lijden, de diepste openbaring van zijn lijden. Hier zien we de passie van Jezus. In het Engels: the Passion of Jesus. [In Nederland hebben we het ook over ‘de Mattheüs Passie’ als we het lijdensevangelie van Jezus aanduiden zoals Mattheüs dat beschrijft.] Deze uitroep, deze schreeuw is werkelijk de diepste openbaring van het lijden, van de passie van Jezus Christus.

Wat betekent dan dat woord lijden, ‘passion’/ passie? In de traditionele zin van het woord duidt het het lijden van Jezus Christus aan. Het originele Latijnse woord voor passie, passus, betekent ‘lijden’. Maar zo gebruiken we het tegenwoordig niet meer. Passie betekent nu romantiek, lipstick, parfum. Het betekent ‘liefde’. Maar oorspronkelijk betekent het ‘lijden’. En wat de Bijbel ons vertelt, is dat diepgaande liefde altijd diep lijden met zich meebrengt. De passie, het lijden van Jezus Christus is dat hij oneindig lijden onderging vanuit oneindige liefde. En deze uitroep laat ons beide zien: lijden en liefde.

In de eerste plaats laat deze uitroep iets zien van het oneindige lijden dat hij onderging. Uit zijn schreeuw komen we iets te weten. Het is opvallend wat hij niet uitschreeuwt. Hij zei niet: ‘Mijn hoofd, mijn hoofd, mijn handen, mijn handen, mijn voeten, mijn voeten!’ Hij heeft het niet over zijn lichamelijke lijden. Ja, hij is geslagen en gemarteld. Hij heeft allerlei lichamelijk lijden ervaren, maar nergens staat dat hij tijdens die marteling ging schreeuwen. Hij zei daar niets over.

En hij zei ook niet: ‘Mijn vrienden, mijn vrienden. Die verraders, die ontkenners.’ Hij verwijst dus ook niet naar het psychologische lijden, naar hoe eenzaam en verlaten hij is. Tot op dit moment is Jezus ongelooflijk kalm gebleven. Zo evenwichtig. Ongeacht wat er met hem gebeurde. Hoeveel hij fysiek, emotioneel of psychologisch ook te lijden had, hij had alles steeds helemaal onder controle. Altijd rustig, nooit begin hij te schreeuwen.

Maar nu begint hij wel te schreeuwen. En dat betekent dat er iets anders aan de hand is. Er gebeurt iets dat veel dieper gaat dan lichamelijk lijden. Dit maakt dat de mishandelingen die hij heeft ondergaan te vergelijken zijn met een muggenbeet. Dit is iets anders. Wat dan?

Het is een oneindig geestelijk lijden. De duisternis die over het hele land viel is symbolisch voor wat er geestelijk met Jezus gebeurde. Als er in de Bijbel gesproken wordt over de eeuwige verlatenheid, als de hel wordt beschreven, wordt er als metafoor voor de hel veel vaker gesproken over ‘de uiterste duisternis’ dan over vuur. Onze ziel heeft de aanwezigheid van God net zo hard nodig als een bloem het licht van de zon nodig heeft. Als de zon helemaal zou verdwijnen, zouden we allemaal onmiddellijk sterven. We kunnen geen seconde overleven zonder de zon. Wat betekent dat?

Als Jezus zegt: ‘Mijn God, mijn God’ en dus niet ‘mijn hoofd mijn hoofd’ of ‘mijn vrienden, mijn vrienden’, maar ’Mijn God, mijn God, u hebt mij verlaten!’ betekent dat dat zijn ziel wordt gemarteld in de absolute duisternis. De absolute geestelijke duisternis. Hij gaat onder in de diepste geestelijke vernietiging.

Dit is overweldigend voor onze geest, wij kunnen dit nooit bevatten. Probeer dit te begrijpen: zowel hemel en hel staan los van de tijd. Er is daar geen tijd. Het zijn geestelijke omstandigheden waarin je in de aanwezigheid van God verkeert of waarbij je juist volkomen uit zijn majesteit en glorie verwijderd bent. En dat betekent dat als je naar de hemel of naar de hel gaat er niet iets dergelijks kan bestaan als ‘drie uren in de hemel zijn’. Of drie dagen, of drie jaren. En zo kun je ook niet ‘drie uren in de hel’ zijn.

Daarom moet je goed begrijpen dat Jezus niet kon zeggen: ‘Als ik het nu nog maar drie uur vol kan houden, dan is het klaar.’ Er was een gevoel van eeuwige en totale verlatenheid. Hij ervoer al het eeuwige lijden van iedereen die voor eeuwig was vergeworpen. In feite gaat het nog een stap verder. Niemand had ooit gedaan wat hij deed. Niemand die zei: ‘Vader, God, ik houd van u, ik wil bij u zijn, ik wil u gehoorzamen’ was ooit uit Gods aanwezigheid verstoten! Niemand is ooit op die manier verstoten!

Als je door je vrienden of je familie of je echtgenoot in de steek wordt gelaten of wordt verstoten is dat verschrikkelijk. En mensen maken dat mee, misschien jij ook wel. Elke psycholoog kan je vertellen dat er bijna niets zo traumatisch is als verstoten worden door je echtgenoot. Dat heeft te maken met het relatieniveau dat je hebt met een echtgenoot. Als je vriend je alleen laat, dan kom je daar wel overheen. Maar een echtgenoot die wegloopt, daar kom je bijna nooit overheen.

Maar hier gaat het over iets anders, iets oneindig veel groters. Geen enkele vrouw heeft ooit een dergelijke eenheid gevormd met haar man, geen kind heeft ooit zo’n eenheid gevormd met zijn ouders, geen ziel heeft ooit zo’n eenheid gevormd met zijn lichaam, zoals de Zoon een eenheid vormde met de Vader, in alle eeuwigheid. Vandaar dat als de Vader de deur verspert voor de Zoon en hij hem uitwerpt, het mijn voorstellingsvermogen ver te boven gaat wat hij dan ervaart. Wat hij ervaart gaat oneindig veel dieper dan elke helse ervaring die alle mensen bij elkaar verdienen.

En daarom schreeuwt hij. Daarom gaat dit oneindig ver voorbij aan alles wat hij daarvoor had ervaren. Als je dan doordenkt over zijn oneindig lijden, snap je dat je hier een waarom-vraag moet stellen. Waarom is hij verlaten? En weet je wat het antwoord is? Deze schreeuw is niet slechts een vraag vanuit verlatenheid: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten’. Het is een aanhaling uit de Schrift! En daarin ligt het antwoord op de vraag.
 Het is een zin die komt uit psalm 22. In psalm 22 staat:

2 Mijn God, mijn God,
waarom hebt u mij verlaten?
U blijft ver weg en redt mij niet,
ook al schreeuw ik het uit.

8 Allen die mij zien, bespotten mij,
ze schudden meewarig het hoofd:
9 ‘Wend je tot de HEER! Laat hij je verlossen,
laat hij je bevrijden, hij houdt toch van je?’

15 Als water ben ik uitgegoten,
mijn gebeente valt uiteen,
mijn hart is als was,
het smelt in mijn lijf.

18 Ik kan al mijn beenderen tellen.
Zij kijken vol leedvermaak toe,
19 verdelen mijn kleren onder elkaar
en werpen het lot om mijn mantel.

Maar dan eindigt psalm 22 met deze woorden, en Jezus heeft die psalm ongetwijfeld in zijn hoofd gehad toen hij stervende was:

28 Overal, tot aan de einden der aarde,
zal men de HEER gedenken en zich tot hem wenden.
Voor u zullen zich buigen
alle stammen en volken

31 Een nieuw geslacht zal hem dienen
en aan de kinderen vertellen van de Heer;
32 aan het volk dat nog geboren moet worden
zal het van zijn gerechtigheid verhalen:
hij is een God van daden.

[In het Engels luidt het laatste zinnetje van deze psalm:
‘for He has done it.’ Wat betekent: Want Hij heeft het volbracht!]

Dus als Jezus aan het kruis zegt: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten’, zegt hij twee dingen. In de eerste plaats zegt hij dat hij oneindig lijdt. Maar daarnaast zegt hij dat God zich houdt aan zijn plan, doordat hij hem verlaat. Hoewel God hem de vloek laat dragen, houdt hij zich vast aan zijn woorden. Hoewel hij vervloekt wordt en wordt verworpen houdt hij vol, want God is met iets bezig. Dat is wat psalm 22 zegt. Hij mag daar aan meewerken en daarom houdt hij vol tot het bittere einde. Wat is hij dan aan het doen? Wat is de passie van Jezus Christus? Waarom wordt hij verlaten?

Wij, jij, zijn zijn passie, in de volledige Bijbelse betekenis. Wij zijn het voor wie hij sterft en voor wie hij lijdt. Het is niet zomaar lijden. Hij lijdt uit liefde. Het is een passie! Als hij zegt: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten’, dan citeert hij. Hij zegt aan de ene kant dat hij volkomen verlaten is, maar aan de andere kant dat hij dit met een reden doet, met een doel.

Misschien ken je het boek of de film ‘Moby-Dick’ [http://en.wikipedia.org/wiki/Moby-Dick]. Ergens in Moby-Dick zegt Captain Ahab: ‘from hell's heart I stab at thee’, ‘Vanuit het hart van de hel doe ik een uitval naar jou’. Dat is natuurlijk onzin. Hij was helemaal niet in het hart van de hel. Hij had het wel zwaar, maar in de hel? Welnee.

Maar wacht even. Er is iemand die letterlijk, werkelijk echt in het hart van de hel is geweest. En wat zei híj? ‘Vanuit het hart van de hel houd ik van jou.’ Dat zegt hij als hij psalm 22 citeert. ‘Vanuit het hart van de hel houd ik vol, want ik houd van jou.’ Jij bent zijn passie! En met deze schreeuw verklaart hij dat hij bereid is oneindig te lijden en dat hij bereid is gehoorzaam te zijn aan Gods plan, uit liefde voor ons. Deze woorden zijn de grootste openbaring die aan ons is gegeven over de passie van Jezus Christus.

Als de betekenis van het kruis ‘passie’ is, in de volledige Bijbelse betekenis, dus lijden én liefde, als het kruis betekent dat hij oneindig wil lijden uit oneindige liefde voor ons en uit gehoorzaamheid aan het plan van God om ons te verlossen, dan moeten wij ons iets afvragen. Het eerste wat wij ons zelf moeten afvragen is hoe dit ons verandert in de manier waarop wij naar de wereld kijken. Het kruis is namelijk het beste antwoord op hét moderne dilemma.

En hét moderne dilemma in onze cultuur en maatschappij is dat zij God dood hebben verklaard, naar de menin van de huidige leiders, vanwege alle onrecht en al het lijden in de wereld, speciaal in onze eeuw. In de twintigste eeuw is enorm veel geleden en er was heel veel onrecht. De traditionele God is daarom voor velen gestorven.

Waarom? De traditionele God van religie zegt dit: ‘Doe goed en ik zal je daarvoor belonen. Doe goed, wees goed, wees moreel en ik zal je een goed leven geven. Maar als je ongehoorzaam bent, immoreel en niet goed doet dan zal ik je straffen.’ Dat is de God van religie. En die God is gestorven in de twintigste eeuw door de dingen die er toen gebeurden. Laat ik je drie namen geven, al zijn er veel meer te noemen: Hitler, Stalin, Mao. Vrijwel alle geschiedkundigen zijn het er over eens dat deze drie mannen verantwoordelijk zijn voor het lijden van tweehonderd miljoen mensen. En kijk dan niet op tien of twintig miljoen. Alleen deze drie al! En door dit lijden, onrecht, kwaad en deze onderdrukking kon de traditionele God niet blijven leven. Daar zijn twee redenen voor:

  1. Hij was afwezig, niet betrokken, hij deed helemaal niets.
  2. Het concept van de traditionele God die zegt: ‘redding door je eigen werk, zegen op je goede daden’ explodeerde compleet in de twintigste eeuw. Want goede, onschuldige mensen waren hun leven niet zeker. En het resultaat daarvan is dat God gestorven is in de harten en in de geest van de meeste culturele leiders van de westerse maatschappijen, door het onrecht en het kwaad dat heeft plaatsgevonden.
Maar dat schept een nieuw dilemma. Een groot dilemma.

Friedrich Nietzsche (1844-1900) [http://nl.wikipedia.org/wiki/Friedrich_Nietzsche] die net lang genoeg leefde om te kunnen zien wat er gaande was in de twintigste eeuw, was heel ongelukkig over de gang van zaken. Hij zag het aankomen dat de westerse leiders zich afwendden van het traditionele idee over God. Hij noemde het ‘de laatste mens’. Wat is ‘de laatste mens’? De laatste mens is iemand die het nieuws dat God dood is accepteert en doorgaat met zijn leven alsof de ideeën over waarheid en leugen, goed en fout, recht en onrecht, goed en slecht nog steeds zinvol zijn. Nietzsche zegt: ‘Luister. Als er geen God is, heb je niet het recht om ook maar iemand te vertellen dat hij dit of dat wel of niet zou moeten doen.’ Als jij denkt dat er geen God is, maar het menselijk leven wel waarde toekent en vindt dat we moeten strijden tegen onrecht, dan zegt Nietzsche: ‘Word wakker!’ Hij was heel duidelijk over wat hij vond van ‘de laatste mens’.

New York is bomvol van ‘laatste mannen en vrouwen’. Wat zij zeggen is: ‘Ik weet niet of er een God is. Maar…leven heeft betekenis. Menselijk leven heeft waarde. Er is wel zoiets als goed en fout, recht en onrecht. En ik strijd tegen onrecht!’ Waarom doen ze dat? Omdat ze dat gewoon zeggen.

Nietzsche zegt: ‘Jullie weigeren na te denken. De traditionele God stierf vanwege alle onrechtvaardigheid. Maar toen hij stierf nam hij alle samenhangende concepten over recht en onrechtvaardigheid mee.’ En dat is het moderne dilemma.

Maar…jaren voor Nietzsche, jaren voor alle moderne filosofen, nam het evangelie het onrecht, het lijden en het kwaad in het leven al heel serieus. In feite heeft het evangelie zelfs al lang voor Nietzsche en de moderne filosofen het concept overwogen van de dood van God door het onrecht van de wereld. Wat bedoel ik daarmee?

Een vriend en leraar van mij, Edmund Clowny, een presbyteriaanse dominee, schreef een preek waar ik nu een deel van wil gebruiken als illustratie [Hier is de preek in het Engels te lezen: http://www.edmundclowney.com/wordpress1/?page_id=103]. Hij schrijft dat al snel na de tweede wereld oorlog, toen de mensen in Duitsland zich begonnen te realiseren wat er had plaats gevonden tijdens de Holocaust en men elkaar begon te beschuldigen en aan te wijzen als schuldig, er een man was, Guenter Rutenborn die een toneelspel schreef met de titel ‘het teken van Jona’ [Engelse titel: The sign of Jonah; nog steeds verkrijgbaar]. In het stuk vroegen mensen elkaar of zij van de Holocaust af wisten en of ze er mee te maken hadden. En in het stuk ging het net als in het echte leven. Als mensen elkaar vroegen of ze iets gedaan hadden en waarom ze dat deden, zei iedereen onmiddellijk dat zij het niet waren, dat zij slechts orders op hadden gevolgd. ‘Het was degene boven mij.’ En als je dan naar die persoon ging zei ook die: ‘O nee, het was mijn schuld niet, het was de persoon die boven mij staat.’ En bij die persoon gebeurt weer hetzelfde. En in het toneelstuk realiseren mensen zich dan dat het de schuld is van degene die helemaal aan de top staat en dat het hun schuld in elk geval niet is. En degene aan de top, is God. ‘Het is Gods schuld! Het kwaad en het onrecht in de wereld is de schuld van God.‘ Aan het einde van het stuk vindt er een proces plaats tegen God en ze verklaren hem schuldig. Ik geef je een citaat uit het stuk: ‘God moet naar ons toegestuurd worden om een man te worden, laat hem een jood worden; laat hem zien hoe het werkelijk is, laat hem vals worden beschuldigd, laat hem zijn rechten moeten opgeven, nederig moeten worden, hongerig en dorstig. Laat hem sterven, door iedereen verlaten. Laat hem zijn zoon verliezen en lijden onder de kwellingen van het vaderschap. En als hij sterft, laat dat dan vernederend zijn en zorg dat hij belachelijk wordt gemaakt. Dan zal hij het weten!’

Edmund Clowny zegt dan in zijn preek: ‘Wacht, wacht eens eventjes! De mensen kijken naar het onrecht in het leven en zeggen dat God daarvoor moet sterven?’ En dan eindigt Edmund Clowny hiermee: ‘God’s amazing grace has done more than the most bitter blasphemy could propose. God’s wrath has been poured out on earth already, and God himself has borne all its fury.’ ‘Gods verbazingwekkende genade heeft meer gedaan dan de meest bitterde godslastering zou kunnen voorstellen. Gods woede is al uitgestort op aarde en God zelf heeft al zijn woede gedragen.’

In andere woorden: de filosofen hebben gelijk, maar op de verkeerde manier. Het onrecht in de wereld vraagt erom dat God moet sterven, maar hij komt in het evangelie en sterft vrijwillig.

Michael Green, een Britse theoloog, schrijft ergens: ‘De God van het evangelie is de enige God die niet slechts een boek schrijft over het probleem van het lijden en dat naar de aarde stuurt om daar gelezen te worden. De God van het evangelie is de enige God die naar de aarde komt en deelt in de verlatenheid die wij voelen. We voelen ons afgewezen, verlaten, in een wereld waar het fout mee gaat. En hij komt naar de aarde en ervaart het zelf. Dit is wat het evangelie ons geeft: Een God die naar ons toekomt om het recht en het kwaad van deze wereld te dragen. Hij komt zelfs om eraan te sterven. Daardoor kan hij op een dag een einde maken aan het kwaad zonder een einde te maken aan ons.’

En dus had Nietzsche gelijk toen hij zei dat we God hebben vermoord. Maar het was God zelf die naar ons toekwam en het gebeurde volgens zijn plan. De passie van de Vader en Zoon redde ons.

Er is een plek waar God tegen een vader zegt: ‘Abraham, nu weet ik dat je van mij houdt. Want je hebt mij niet je enige zoon onthouden, omdat je van mij houdt.’ En kijk, nu kunnen wij hetzelfde terugzeggen tegen God.

Met andere woorden, het kruis geeft ons de enige God waar de moderne wereld waarde aan zou moeten hechten. De moderne wereld moet een God hebben. Dat heeft zij nodig. Maar dat moet wel een God zijn die geen watje is. Zij heeft een God nodig die weet heeft van alle verlatenheid die wij doormaken. Het evangelie is het enige geloof dat claimt dat God iets dergelijks gedaan heeft.

Zie je dat je geen leven kan leiden zonder God, want dan heb je geen enkele basis in je leven om te spreken over onrecht. Je kunt een God hebben die slecht daarboven zit en die zegt dat je goed moet doen en dat je dan zegen ontvangt, maar die raakt nooit bij jouw leven betrokken. Je hebt dus de God van het evangelie nodig. De God van het kruis is de enige oplossing voor het dilemma.

2. De tweede schreeuw lost een menselijk probleem op.
De tweede schreeuw staat in vers 50. Nu kun je denken dat dit dus maar een kort punt gaat worden, want we weten zelfs niet eens wat Jezus schreeuwde:

Nog eens schreeuwde Jezus het uit, toen gaf hij de geest.

Hier staat niet wat Jezus zei vlak voor hij stief, maar in Johannes 19 staat dat wel:

‘Het is volbracht!’

Dat zijn de laatste woorden van Jezus voor hij sterft. ‘Het is voltooid, ik heb het gedaan.’ Maar weet je wat het is? Zelfs als je het evangelie van Johannes niet zou hebben zou je toch nog iets kunnen leren uit het evangelie van Mattheüs. Kijk maar in vers 51:

Op dat moment scheurde in de tempel het voorhangsel van boven tot onder in tweeën, en de aarde beefde en de rotsen spleten.

Ik heb geen tijd om in te gaan op deze kleine opstandingen, die lijken op die van Lazarus en het dochtertje van Jaïrus en die ons laten zien dat ook wij eenmaal opgewekt zullen worden, dankzij Jezus dood en opstanding. Maar de sleutel hier is de tempel.

Als je de tempel in wilde gaan, vond je overal belemmeringen. Dik kans dat je werd tegen gehouden. Als je een vrouw was kon je niet zo ver in de tempel komen. Je kon niet doorlopen tot je God kon ontmoeten. Vrouwen moesten op een speciaal plein blijven. Als je een heiden was kon je ook niet zo ver komen. Je mocht niet verder, want je was een heiden. Als je een joodse man was kon je iets verder doorlopen, maar op een bepaalde plek mocht je dan ook niet verder. Daar had je alleen toegang als je priester was. En dan, als je dan een priester was, mocht je dan zo ver je wilde? Nee! Ook al mocht je soms in het Heilige komen, dan was daar een groot gordijn, 16 voet hoog [3,2 voet = 1 meter, dus zo’n 5 meter] en het was zo dik dat het geluidsdicht was. En alleen de hogepriester mocht één keer per jaar achter dat gordijn komen, in Het Heilige der Heiligen, in de aanwezigheid van God. Dat deed hij met bibberende knieën uit angst dat hij gedood zou worden voordat hij er weer uit zou zijn.

Wat vertelt de tempel ons? De tempel vertelt ons: Geen Toegang. De tempel vertelt ons dat het niet uitmaakt hoe hard je werkt, hoe vaak je offers brengt, hoeveel boete je doet, hoeveel spijt je hebt, hoeveel je je ook wast en de reinigingsvoorschriften houdt, het is nooit voldoende om de tempel in te mogen. Wat wil het evangelie ons vertellen met het feit dat het voorhangsel van boven naar beneden scheurt, op het moment dat Jezus Christus sterft? Het evangelie vertelt ons twee dingen.

In de eerste plaats dat Jezus werd buitengesloten, zodat wij binnen kunnen worden gebracht. Jezus’ weg is gebarricadeerd, zodat wij wel doorgelaten kunnen worden. Jezus werd verworpen, terwijl hij dat niet verdiende, zodat wij welkom geheten kunnen worden, al verdienen wij dat helemaal niet. Met andere woorden: het is volbracht! Alle offers zijn volbracht. Alle verzoening is volbracht. Dit is het offer van alle offers.

En wat Jezus zei, al weten we uit het evangelie van Mattheüs niet wat hij zei en al zouden we het evangelie van Johannes niet hebben, is precies het tegenovergestelde van wat Boeddha zei toen hij stierf: ‘Streef zonder ophouden naar je eigen bevrijding’. Jezus laatste woorden zijn: ‘Je hoeft niet meer te streven, ik heb alles al voor jullie gedaan.’ Twee compleet verschillende benaderingen.

Het tweede dat het evangelie ons vertelt, is dat die tweede schreeuw ons een antwoord geeft op een groot menselijk dilemma. Niet op het moderne, culturele collectieve dilemma waar we het bij het eerste punt al over hadden.  Weet je nog: het kruis beantwoordt het dilemma van onrecht en lijden, omdat God echt stierf aan het kruis, maar op een andere manier dan de moderne cultuur God heeft laten sterven.

Deze tweede schreeuw gaat over een meer praktisch menselijk dilemma, te weten dat wij goed willen doen, dat wij recht willen doen. Maar aan de andere kant hebben wij juist vrijheid nodig van het moeten doen van goede dingen.

Een mooi voorbeeld van dit dilemma is een droom die Mark Twain vaak kreeg [Amerikaans schrijver http://nl.wikipedia.org/wiki/Mark_Twain]. Hij droomde vaak dat hij wakker werd met een honderden kilo’s zware Bijbel bovenop zich. Die Bijbel drukte zwaar op zijn ribben, hij ging er bijna aan onderdoor. En je hoeft niet echt een Freud of een grote geleerde te zijn om te begrijpen wat dit betekent. Wat hij er mee wilde zeggen was dat je aan de ene kant gehoorzaam wilde zijn en goed wilde doen. Aan de andere kant zie je wat er gebeurt als we heen en weer worden geslingerd tussen wetticisme en vrijheid, tussen het steeds maar weer zeggen dat je het nu goed gaat doen en het verpletterd worden en burn-out raken. Daardoor ga je je in een heel andere richting begeven en zeg je dat je vrij wil zijn en voor jezelf wilt kiezen. Hier worden we tussen heen en weer geslingerd.

Maar het kruis leidt ons, zoals gewoonlijk, door dit dilemma heen. Het brengt ons voorbij deze twee uitersten. Aan het kruis zien we aan de ene kant grote daden van gehoorzaamheid. We zien Jezus Christus die de Schrift citeert tot aan het einde. Dat verbaast me! Ik leer hieruit dat het geheim van de integriteit en het karakter van Jezus Christus niet is dat hij zich hield aan principes of dat hij gewoon een goed mens was. Kijk eens goed: het is toch verbazingwekkend dat op elke plek dat hij wordt aangevallen, elke keer als hij een beslissing moest nemen, hij altijd een antwoord uit de Schrift kan geven? Ook nu, nu hij in het hart van de hel is!

Als jij pijn hebt, als jij ongelooflijk veel stress ervaart en je moet van alles, ga je niet rustig nadenken over wat je zou moeten doen. Je reageert primair op de situatie. Je gaat niet eerst nadenken over hoe je zult gaan handelen. Je reageert in een reflex. Als Jezus Christus in de hel terecht komt, schreeuwt hij uit wat hem het meest op zijn hart ligt. En dan haalt hij een Bijbelgedeelte aan. Dat komt dat zijn hart helemaal verzadigd is met de Schrift!

Aan de ene kant hebben we hier dus een verbazingwekkend voorbeeld van gehoorzaamheid en van een integer karakter. Als ik nu zou stoppen met de preek, zou jij nu naar huis gaan en je voor kunnen nemen om flink bezig te gaan met het memoriseren van Bijbelteksten.  Als er dan iets naars zou gebeuren, heb je altijd een Bijbeltekst bij de hand. Want je zou dan ook helemaal verzadigd zijn met Bijbelteksten. Je zou zelfs kunnen gaan dromen over de Bijbel die je helemaal verplettert.

Maar hier wil ik niet stoppen. Nee, wat Jezus ons wil laten zien is dat hij aan het kruis een voorbeeld voor ons is van iemand die de Schrift vertrouwt en van iemand die God vertrouwt. Maar als plaatsvervanger zegt hij: ‘Het is volbracht.’ Wat hij ons echt wil zeggen, en dat is zo ongelofelijk, is: ‘Gehoorzaam, want het is volbracht.’ Gehoorzaam niet met het doel iets te volbrengen. Wat bedoel ik daarmee?

Je moet dit voor jezelf achterhalen, maar ik zal je handvatten geven. Ben jij iemand die te hard werkt, die tegen niemand nee kan zeggen, die bovenmatig toegewijd is, die het nodig heeft iedereen te pleasen…waarom is dat zo? Je doet het goed, je doet wat de Bijbel zegt, maar waarom voel je je dan altijd schuldig?

Omdat je iets probeert te volbrengen. Je probeert te volbrengen wat God al heeft volbracht. Je probeert hem niet te gehoorzamen uit liefde voor hem. Echt niet. Je probeert jezelf te bewijzen, je probeert jezelf waardevoller te maken, je probeert jezelf acceptabel te maken. Weet je wat het verschil is? Het is heel cruciaal om te weten wat het verschil is! Anders kun je nachtmerries krijgen over de Bijbel die je helemaal verplettert. Het kruis geeft ons het perfecte voorbeeld. Jezus zegt: ‘Ja, gehoorzaam!’ Je kunt niet het leven leven dat je zelf verkiest, je moet gehoorzamen. En je geweten zorgt er ook voor dat je wilt gehoorzamen. Maar…gehoorzaam omdat alles al is volbracht. Gehoorzaam vol vreugde en op een heel ontspannen manier omdat alles volbracht is.

Je ziet nu dus dat het kruis niet alleen het grote collectieve dilemma van onze cultuur is, maar het lost ook het eenvoudige, maar oude menselijke dilemma op.

Tijdens het vragenuurtje na de ochtenddienst vroeg iemand aan mij waarom dit nou zo was. Als aan het kruis onze zonden zijn vergeven en als niets ons nog kan veroordelen, waarom is er dan nog zoiets als dat onze zonden worden geteld? Het antwoord is heel eenvoudig. Als ik mijn kinderen voor me heb en de kinderen van de buren ook en ik vertel hen iets, dan maakt het voor mij wel een verschil of de buurkinderen ongehoorzaam zijn aan mij en mij onbeleefd behandelen of dat mijn eigen kinderen dat doen. Ik vind het veel erger als mijn kinderen ongehoorzaam zijn en onbeleefd.

Als je christen wordt dan zijn in zekere zin je zonden veel minder een probleem voor je dan voor die tijd. Je kunt er nooit om veroordeeld worden. Jezus Christus heeft alles volbracht en heeft alles gedaan wat nodig is voor jou om acceptabel te zijn in Gods ogen. Alles! Het is volbracht. En toch, aan de andere kant worden je zonden een veel groter probleem voor je dan toen je nog geen christen was. Want Jezus is degene die voor jou stierf, die vanuit het hart van de hel van jou hield. En dat maakt dat je op een andere manier naar je zonden kijkt. Zie je dat? Heb jij die verandering doorgemaakt? Wil je gehoorzaam zijn omdat alles al volbracht is? Of probeer je te gehoorzamen om het zelf te volbrengen? Dat zijn twee heel verschillende manieren van kijken, ook psychologisch gezien. De ene brandt je af en de ander geeft je rust.

3. De derde schreeuw lost een persoonlijk probleem op.
De laatste schreeuw in het duister was die van de centurio die zei:

‘Hij was werkelijk Gods Zoon.’

Wat hier zo intrigerend aan is, is dat Mattheüs ons probeert duidelijk te maken hoe moeilijk het is om het evangelie te begrijpen. Of beter gezegd: hoe makkelijk het is om te denken dat je het evangelie begrijpt terwijl dat helemaal niet zo is. In vers 47 en 48 zijn er mensen die horen dat Jezus zegt: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten.’

47 Toen de omstanders dat hoorden, zeiden enkelen van hen: ‘Hij roept om Elia!’

Ze zeggen direct dat Jezus om Elia roept. Want toen ze Jezus in het Aramees hoorden roepen: ‘Mijn God, mijn God…’ ‘Eli, Eli..’ klonk dat voor hen als de afkorting voor Elia’s naam. En dus dachten ze dat hij Elia riep. Het intrigerende is dat deze religieuze mensen de Bijbel kennen. Ze krijgen medelijden. En ze geven hem iets te drinken. Maar ze pakken het niet, ze missen totaal wat hier gaande is. Aan de andere kant staan hier twee andere groepen mensen die complete buitenstaanders zijn, die de tempel niet in mogen: de centurio, Romeinen, en heidenen en pas in vers 55 lees je ook nog over de vrouwen. Wat Mattheüs hier zegt is dat het hier de vrouwen, de heidenen, de ongelovigen zijn die het wel snappen. En de goede, de religieuze mensen die de Bijbel kennen snappen het niet.

Ik wil dat je je realiseert hoe gemakkelijk het is om te denken dat je het evangelie begrijpt, terwijl dat niet zo is. Dat je denkt dat je echt op Jezus vertrouwt voor je redding, maar dat je feitelijk vertrouwt op je goede werken. Dat kan heel goed terwijl je jarenlang naar de kerk gaat. Ik wil dat je weet dat er honderden en honderden mensen zijn die naar New York, naar Redeemer, zijn gekomen en die dat hier hebben ontdekt. Die ontdekten dat ze het niet snapten. Mensen die bij het kruis hebben gestaan, die altijd uit de Bijbel lazen en die dachten dat ze het snapten.

En er is een andere groep mensen die naar Redeemer komt, die zich zelf ziet als buitenstaander en van zichzelf zegt niet het type mens te zijn om christen te worden. En toch snapten zij het heel snel.

Dat vertelt Mattheüs ons steeds weer. En je leest het steeds weer in de Bijbel: het is de outsider die het het eerst snapt. Want de buitenstaander snapt sneller dat hij alleen door genade gered wordt. En dat je niet gered wordt door je status, je werken, je afstamming, je eerbiedwaardigheid, je houden aan regels ofzo.

Snap jij het? Heb jij het te pakken?

Er is nog één laatste ding. Christen-vrienden, hoe leer je de Bijbel kennen? Hoe moet je je Bijbel gebruiken? Er is hier iets vreemds aan de hand. Hier is de Zoon van God en hij is perfect. En elke keer weer, als hij een crisis of een probleem heeft of iemand zit hem op de huid, heeft hij een Bijbeltekst klaar. Wat denk je, kun jij zo met de Bijbel omgaan als je vijf minuten per dag in je Bijbel leest? Jezus voelde dat hij het nodig had veel met Gods woord bezig te zijn. Waarom dan? Omdat de Bijbel de waarheid is van God. Het is geen set principes, het is niet iets abstracts. Het is de waarheid van God. Het woord dat vleesgeworden is. Het vleesgeworden Woord dat ons onderwijst.

Het geheim van Jezus was dat hij wist dat hij het nodig had om helemaal verzadigd te worden met de Schrift. Dat was het geheim van zijn kracht. In feite is dat het geheim van het begrijpen van het evangelie. Hoe komen wij er in de wereld bij om te denken dat we door het oppervlakkig kennen en begrijpen van de Schift ons leven kunnen veranderen?

Snap je wat de basis van het leven van Jezus was? Zie je hoe het kruis alles verandert? Zie je hoe het kruis ons tegen elke dilemma anders aan laat kijken?

Hij was werkelijk de Zoon van God!

Laten we bidden.

Gebed
Vader, we vragen u of u ons helpen wilt om te begrijpen wat wij over het kruis hebben geleerd. Wilt u ons helpen om het kruis een kracht te laten zijn die ons leven verandert en dat we er niet in blijven steken dat het kruis ons alleen sentimenteel raakt. Heer, en als we de komende tijd bij stil staan bij de dood van Jezus, daar teksten over lezen en er over nadenken, wilt u dan geven dat in ons leven waar wordt wat Paulus zei: niets anders te willen dan Jezus en die gekruisigd en dat we de kracht van de redding ervaren. Help ons om u te blijven verheerlijken, ook als de wereld ons verwerpt. Maak ons helemaal vrij, gevuld met kracht, door wat het kruis voor ons betekent. Als wij begrijpen wat het kruis betekent zal ons dat veranderen en ons maken als Degene die kwam, niet om gediend te worden maar om te dienen en die zijn leven gaf voor velen.
In zijn naam bidden we u dit.

Amen.

 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten