The final temple
Tim Keller
Marcus 11:1-18 (Intocht in Jeruzalem, de vijgenboom en de tempelreiniging)
Gehouden op 17 september 2006
In het Engels te beluisteren op: http://sermons2.redeemer.com/sermons/final-temple
Samenvatting
Tijdens zijn triomfantelijke intocht in Jeruzalem plaatst
Jezus opzettelijk kracht en zwakte naast elkaar. In Jezus komen de eigenschappen van zowel
een leeuw als een lam samen. Dit is het karakter van Jezus, uitgebeeld door
zijn intocht in Jeruzalem.Daarna gaat hij de tempel binnen. Door het reinigen van de tempel herstelt hij Gods heiligdom in het voordeel van iedereen. De tempel was het beeld van de aanwezigheid van God. Het paradijs was ook een heiligdom, omdat God daar aanwezig was. Door de zonde zijn we buiten de hof terecht gekomen en kunnen er niet naar terug omdat er cherubs met een vlammend zwaard voor staan. De Messias brengt de aanwezigheid van God weer terug in je leven, door de kracht van de Heilige Geest.
Door het vervloeken van de vijgenboom laat hij zien hoe zijn kracht vruchtbaar zou moeten zijn in ons.
‘Hosanna!
Gezegend hij die komt in de naam van de Heer.
10 Gezegend het komende koninkrijk van onze vader David.
Hosanna in de hemel!’
11 Hij trok Jeruzalem in en ging naar de tempel. Nadat hij alles in ogenschouw had genomen, ging hij – want het was al laat geworden – met de twaalf terug naar Betanië.
12 Toen ze de
volgende dag uit Betanië vertrokken, kreeg hij honger. 13 Hij zag in de verte
een vijgenboom die in blad stond en ging erheen in de hoop iets eetbaars te
vinden, maar toen hij bij de boom gekomen was, vond hij geen vruchten; het was
namelijk nog niet de tijd voor vijgen. 14 Hij zei tegen de boom: ‘Nooit ofte
nimmer zal er nog iemand vruchten van jou eten!’ Zijn leerlingen hoorden dit.
15 Ze
kwamen in Jeruzalem. Hij ging de tempel binnen en begon iedereen die daar iets
kocht of verkocht weg te jagen; hij gooide de tafels van de geldwisselaars en
de stoelen van de duivenverkopers omver, 16 en hij liet niet toe dat iemand
voorwerpen over het tempelplein droeg. 17 Hij hield de omstanders voor: ‘Staat
er niet geschreven: “Mijn huis moet voor alle volken een huis van gebed zijn”?
Maar jullie hebben er een rovershol van gemaakt!’ 18 De hogepriesters en de schriftgeleerden
hoorden wat er gebeurd was en zochten naar een mogelijkheid om hem uit de weg
te ruimen; ze waren bang voor hem, omdat het hele volk in de ban was van zijn
onderricht.
Preek
Inleiding
Vandaag
staat een lang tekstgedeelte centraal. Volgens de vrouw van Tim Keller is het
te lang om over te preken. Maar hij vindt het een mooi deel dat goed bij elkaar
past.
De
preek gaat over drie punten:
- Het karakter van Jezus
- De kracht die hij brengt
- Hoe die kracht gestalte geeft aan het karakter van Jezus in ons
1. Het karakter van
Jezus.
Jezus
wordt in Jeruzalem als een koning binnengehaald. Mensen leggen hun kleren voor
hem op de grond en hij rijdt erover heen. Ze juichen voor hem en noemen het
huis van David daarbij. Dit past echt bij een koning.
Maar
Jezus doet doelbewust iets dat niet passend is. Het is net of Jezus aan je
vraagt wat er niet klopt in het plaatje. Want hij rijdt Jeruzalem niet binnen
op een groot strijdros, zoals koningen deden. Hij rijdt binnen op, zoals er in
het Grieks staat, een ‘pōlos’. Dat
woord kan ‘veulen’ betekenen, maar ook net zo goed ‘kleine ezel’. Nu waren er
in Israël meer ezeltjes dan paarden, daarom denken we dat het een ezel was.
Maar hoe dan ook, of hij nu op een ezeltje of een veulen rijdt, hier rijdt de
grote koning Jezus Christus Jeruzalem binnen! Deze grote koning gaat zijn
wonderbaarlijke macht laten zien. Maar hij rijdt nu dus op een dier dat beter
past bij een kind of bij een Hobbit.
Jezus
plaatst hier opzettelijk majesteit en nederigheid, kracht en zwakte naast
elkaar. Een reden daarvoor is dat hij vervult wat Zacheria lang geleden heeft
voorspelt. Daar verwijst hij naar door op een ezel de stad binnen te rijden.
In
Zacheria 9:9 staat:
Juich, Sion,
Jeruzalem, schreeuw
het uit van vreugde! Je koning is in aantocht,
bekleed met gerechtigheid en zege.
Nederig komt hij aanrijden op een ezel,
op een hengstveulen, het jong van een ezelin.
Jezus
wil hier mee zeggen dat hij wel een koning is, maar niet een koning zoals de
wereld een koning graag ziet. Hij brengt majesteit en nederigheid, kracht en
zwakte bij elkaar.
En
dat doet me denken aan een preek, niet van mezelf, maar van Jonathan Edwards en
het is een van de mooiste preken die ooit geschreven is. Deze preek heeft een
grote impact gehad op mij. Hij is geschreven en gehouden in 1738 en had als
titel ‘The excellence of Christ, ‘De voortreffelijkheid van Christus’. De preek
is gebaseerd op Openbaring 5:5 en 6 en dit deel heeft veel invloed gehad op
Jonathan Edwards.
Dit
Bijbelgedeelte beschrijft een visioen van Johannes:
Toen zei een van de
oudsten tegen mij: ‘Wees niet verdrietig. Want de leeuw uit de stam Juda, de
telg van David, heeft de overwinning behaald, en daarom mag hij de boekrol met
de zeven zegels openen.’ Midden voor de troon, tussen de vier wezens en de
oudsten, zag ik een lam staan. Het zag eruit alsof het geslacht was…
Er
wordt tegen Johannes gezegd dat hij moet uitzien naar een leeuw. Maar dan ziet
hij, midden voor de troon, een lam staan! Edwards zegt er dit over:
Een
leeuw blinkt uit in kracht en heeft een majestueuze verschijning en een machtig
stemgeluid. Een lam blinkt uit in zachtmoedigheid en wordt gebruikt voor eten
en kleding voor mensen. Jezus Christus is beide! Want de verschillende
voortreffelijkheden van zowel leeuw als lam ontmoeten elkaar op een
wonderbaarlijke manier in Jezus Christus. Er is in Jezus Christus een
samenwerking van werkelijk zulke verschillende voortreffelijkheden, die onverenigbaar
zijn in een voorwerp of persoon.
In
Christus ontmoeten elkaar:
oneindige
hoogheid en oneindige toegankelijkheid; oneindige rechtvaardigheid en oneindige genade;
oneindige glorie en oneindige nederigheid;
oneindige majesteit en oneindige transcendente zachtmoedigheid;
absolute soevereiniteit en volmaakte onderwerping;
oneindige voldoening vinden in zichzelf en totaal vertrouwen en afhankelijkheid van God.
Hij is een leeuw, hij is een lam.
Hij is een rots, hij is een parel.
Hij is een machtige aanvoerder, hij is een tedere geliefde.
Hij is een machtige boom van het leven, hij is een kwetsbare bloem.
In Jezus Christus worden karaktereigenschappen gecombineerd die nooit in die combinatie zullen voorkomen bij enig mens. Eigenschappen die wij beschouwen als tegengesteld aan elkaar en die elkaar uitsluiten, combineert hij op een manier waarvan niemand ooit had gedacht dat dat zou kunnen in een en dezelfde mens.
Majesteit
en nederigheid, macht en zwakte.
Wat
heeft dat nou met mij te maken, kun je nu denken. Heel veel! Maar daar gaan we
het later over hebben.
Dit
is het karakter van Jezus Christus. De voortreffelijkheden van Jezus Christus,
uitgebeeld door zijn intocht in Jeruzalem.
2. Uit de
tempelreiniging leren we iets dat we zouden kunnen noemen ‘de kracht die Jezus
brengt’.
In
vers 15 staat:
Hij ging de tempel
binnen…’
Als
jij de tempel binnen zou lopen, zou je het eerst in op het plein voor de
heidenen komen, het plein dat toegankelijk was voor alle volken. Het was het
enige plein waar niet-joden mochten komen. Het was het grootste plein van het
tempelcomplex en je moest daarover heen om bij de rest van de tempel te kunnen
komen. Het was tevens de plaats waar alle bedrijfjes neergezet waren die iets
met de tempel te maken hadden. Wat een bedrijvigheid, wat een exploitatie vond
daar plaats!
Toen
Jezus de tempel binnen ging zag hij onmiddellijk, en ik overdrijf niet, duizenden
mensen die kochten en verkochten. Hij zag dieren op honderden plekken en ook
honderden tafeltjes met geldhandelaars om de vreemde valuta te wisselen.
De
historicus Josephus vertelt ons dat er tijdens één Paasweek 255.000 lammetjes
waren verkocht en geofferd in de tempel. 255.000!
Je
weet hoe lawaaierig, tumultueus en verwarrend de financiële handel er aan
toegaat bij ons op de beursvloer. Dat is waarschijnlijk niets als je het
vergelijkt met hoe het er op dat tempelplein aan toeging. En dit is de plek
waar de heidenen verondersteld werden God te vinden! Hier moeten zij bidden??
Dus
begint Jezus de tafels om te gooien van de geldhandelaren en misschien gooit
hij ook wel een paar mensen omver. Dan staat er dat de mensen naar hem toekomen
en vragen wat hij aan het doen is. Hij zegt: ‘Mijn huis moet een huis van gebed
zijn voor de heidenen, voor alle volken.’ In vers 18 lezen we dat wat hij zegt
absoluut choquerend is voor de luisteraars. Waarom dan?
Aan
de ene kant was de populaire opvatting dat als de Messias zou komen hij juist
de tempel zou ontdoen van vreemdelingen. En hier neemt Jezus het juist voor hen
op!
Kijk,
wij hier in New York vinden het juist cool dat Jezus zo omgaat met vreemdelingen.
Ik vind dat in elk geval leuk van Jezus. Maar wat Jezus doet is nog veel
radicaler dan alleen dit punt. Want hij gooit de dierenoffers de tempel uit.
Hij gooit het offersysteem omver en zegt dat de heidenen zo tot God kunnen
naderen. De heiden kan naar God toekomen en gaan bidden. Waar heeft hij het
over? Ze zijn geschokt omdat ze de geschiedenis van de tempel en de tabernakel
kennen. En ik wil dat jij ook gechoqueerd raakt. Dat is nu nog niet voldoende
gebeurd omdat jij de geschiedenis van de tabernakel en de tempel nog niet
voldoende voor ogen hebt. Dus ga ik je iets vertellen over de achtergrond van
de tempel en tabernakel.
De
geschiedenis van de tabernakel begint in de hof van Eden. Die tuin was een
heiligdom want God was er aanwezig. Het was een paradijs omdát God er aanwezig
was. Want in de aanwezigheid van God kan geen dood, verval, mismaaktheid,
slechtheid, onvolmaaktheid bestaan. De aanwezigheid van God is ‘Shalom’: alles
floreert en bloeit, het is totale gevuldheid, absolute vreugde, liefde en
gelukzaligheid. Dat was een heiligdom!
Maar
toen de mensen besloten hun leven op andere dingen te bouwen dan op God, toen
wij besloten om in ons leven andere dingen centraal te stellen dan God, gingen die
andere dingen ons de ultieme betekenis en zin geven in ons leven. Toen we dat
deden, raakten we het heiligdom kwijt. We verlieten het heiligdom, we werden er
zelfs uitgegooid. Wat zagen Adam en Eva toen zij het heiligdom en de
aanwezigheid van God verlieten en zich omdraaiden? Dat staat in Genesis 3:24,
en dat is een heel verbazingwekkend vers:
En nadat hij hem had
weggejaagd, plaatste hij ten oosten van de tuin van Eden de cherubs en het heen
en weer flitsende, vlammende zwaard. Zij moesten de weg naar de levensboom
bewaken.
Ze
zagen dus een vlammend zwaard dat heen en weer flitste. Met andere woorden, niemand
zou er ooit aan kunnen ontsnappen of langs kunnen komen. Het flitste van boven
naar beneden, heen en weer. Een vlammend zwaard dat de weg terug naar het
verkeren in de aanwezigheid van God in het paradijs blokkeerde. Waar gaat dat
over?
Hier
gaat het over: doordat wij ons leven op andere dingen gingen bouwen – op kracht,
status, toegejuicht willen worden, zelfs op onze familie, op onze afkomst, onze
nationaliteit- en doordat we zulke dingen
tot de ultieme zaken maakten in ons leven, veroorzaakten die oorlogen,
conflicten, dood, geweld, ongerechtigheid, ziekte, armoede. Je afkeren van God
heeft verschrikkelijke gevolgen. We vertrappen de wereld erdoor. En dat
betekent dat het niet voldoende is om alleen maar ‘sorry’ te zeggen. ‘Sorry,
kan ik weer terugkomen in de aanwezigheid van God?’
Als
jij slecht behandeld bent, en ik weet dat die mensen nu ook zitten te luisteren
(of te lezen), als jij het slachtoffer bent van een grote, akelige misdaad en
iemand heeft je echt slecht behandeld, misbruikt, schade toegebracht, als jij
geleden hebt onder wat voor soort geweld dan ook en de dader zegt: ’sorry’, kun
je dan de rest laten zitten en hem gewoon laten gaan? Nee, natuurlijk niet, dat
zou onrechtvaardig zijn.
Als
er alleen maar ‘ sorry’ tegen je wordt gezegd door degene door wie jij slecht
behandeld bent, dan veroorzaakt dat wraakzucht en bitterheid. Je weet dat sorry
zeggen niet voldoende is. Er wordt meer verlangd. Er moet een kostbare betaling
plaatsvinden om dingen weer recht te kunnen zetten.
En
dat is waar het vlammende zwaard op doelt. Het is het zwaard van eeuwige
gerechtigheid. Niemand kan terugkeren in de aanwezigheid van God tenzij je
onder het zwaard door komt. Tenzij er wordt betaald voor wat is gebeurd. Maar
wie kan dat overleven? Wie kan dat zwaard overleven?
En
dus kunnen we nooit terugkeren in de aanwezigheid van God. En die vraag: ‘Wie
kan dat zwaard overleven, hoe kunnen we in de nabijheid van God komen?’ blijft
bestaan, ondanks dat God de tabernakel en de tempel oprichtte.
Wat
was de tempel? In het midden van de tempel stond het Heilige der Heilige. Het
had de vorm van een kubus en was aan de voorkant afgesloten met een
voorhangsel, een groot gordijn. Want daarachter was de heilige aanwezigheid van
God. Daar was het gevaarlijk voor ons. Daarom hing dat voorhangsel ervoor. Slechts
één keer per jaar, op Jom Kippoer, kon de hogepriester daar heel kort naar binnen
gaan, maar alleen als hij een bloederig offer droeg. Waarom?
Er
is geen weg terug naar de aanwezigheid van God zonder onder het zwaard door te
gaan. En zelfs dan was het een symbolische afbeelding van het werk dat gedaan
moest worden en was het alleen maar de hogepriester die dat deed, wij niet.
Hoe
kunnen wij ooit terug keren naar God? Hoe kunnen we ooit terugkeren naar het
paradijs? En ja, ondanks het feit dat niemand kon achterhalen wat we nou met
dat zwaard aanmoesten, bleven de profeten maar profeteren dat op een dag de
glorie van God de aarde zou bedekken zoals de wateren de bodem van de zee
bedekken. Bijvoorbeeld in Zacheria, in dezelfde profetie die voorzegt dat Jezus
op een ezel Jeruzalem zal binnen rijden. Dan gaat de profetie verbazingwekkend
genoeg zo door (hst 14:20, 21):
Als die tijd
aanbreekt, zal zelfs op de bellen van de paarden gegraveerd staan: ‘Aan de HEER
gewijd’. De kookpotten in de tempel zullen dienen als offerschalen voor het
altaar.
Alle kookpotten in Jeruzalem en Juda zullen
aan de HEER van de hemelse machten gewijd zijn; ieder die wil offeren, kan ze
gebruiken om er zijn offer in te bereiden. Als die tijd aanbreekt, zullen er
nooit meer handelaars zitten in de tempel van de HEER van de hemelse machten.
Wat
betekent dit? In de tempel waren heilige potten aanwezig, die alleen daar
gebruikt mochten worden. Maar Zacheria zegt dat op een dag alle potten en
pannen in Jeruzalem net zo heilig zullen zijn als deze potten. De hele wereld
zal zelfs heilig zijn. De hele wereld zal weer gevuld zijn met de heiligheid en
de aanwezigheid van God.
Wat
betekent dat? Nu moet je even terug denken aan de mensen die met palmtakken
stonden te juichen en te zwaaien voor Jezus toen hij Jeruzalem binnenreed. Dat
vinden we wel een mooi, liefelijk beeld. Maar in werkelijkheid verwijst het
naar deze profetieën over het terugkeren naar de tegenwoordigheid van God.
Psalm 96 zegt:
laten alle bomen
jubelen
voor de HEER, want
hij is in aantocht, in aantocht is hij als rechter van de aarde.
En Jesaja 55:12:
Bergen en heuvels
zullen je juichend begroeten,
en alle bomen zullen
in de handen klappen.
Als
jij zaadjes in de grond stopt en ze dan in het donker neerzet, waar er dus geen
zon bij kan komen, dan blijven de zaadjes in een soort slaap. Ze kunnen dan niet
uitbarsten en niet laten zien wat hun mogelijkheden zijn, wat hun potentie is. Maar
als je ze in de aanwezigheid van de zon zet, dan ontploffen ze bijna van de
kracht die er uit komt.
Wat
de bijbel ons vertelt is dat alles in deze wereld, zelfs de planten, zelfs de
bomen, zelfs de bergen, aan het slapen is. De wereld is maar een schaduw van
wat ze kan worden in de aanwezigheid van God, haar schepper. De bergen en bomen
zijn alleen maar schaduwen van zichzelf. En als de aanwezigheid van God, die
door de Messias wordt gebracht, de wereld weer gaat bedekken, dan gaan de bomen
en bergen klappen en dansen voor God! Zo levend zullen ze worden! En als de
bomen en de bergen in staat zullen zijn te klappen en te dansen, waar zou jij
dan wel niet toe in staat zijn? Hoe zullen wij dan zijn?
C.S.Lewis
zegt ergens:
‘
We verlangen naar iets anders, dat nauwelijks onder woorden kan worden
gebracht. Dat is waarom in de oude verhalen de wereld wordt bevolkt door nimfen
en elfen. Dat is het waardoor wij ons leven lang blijven verlangen naar vereniging
met iets in het universum waarvan we ons voelen afgesneden. Dat heeft niets te
maken met heldhaftige fantasie maar is een weergave van onze werkelijke situatie.
Als wij de Schriften serieus nemen, dan zal God ons op een dag de Morgenster
geven. De bomen en de bergen zúllen met ons zingen en dansen. En dus kunnen de
oude mythen, die geen betrouwbare geschiedenis weergeven, wel degelijk geldig
zijn als profetie.´
De
Messias gaat ons dit brengen! De Messias brengt de glorie van God bij ons
terug. Hij is de ultieme priester. Hij gaat zelf de tempel zijn! Hij is de
bemiddelaar die de tegenwoordigheid, de aanwezigheid van God weer terug brengt.
Hij gaat ons omringen en genezen. Dank u, profeten!!
Maar
hoe zit dat dan met het zwaard? Dat weten we nu. Want het boek Jesaja zegt over
de Messias dat hij afgesneden zal worden uit het land van de levenden. Jesaja
53:8:
Hij werd verbannen
uit het land der levenden, om de zonden van mijn volk werd hij geslagen.
Waarom
kijkt Johannes in het boek Openbaringen naar de troon? De troon, de plek van de
ultieme macht in het universum? Daar, voor de troon van het universum, staat
een geslacht lam. Dat is het grootste beeld van zwakheid en nederigheid dat
maar mogelijk is.
Waarom
een geslacht lam? Omdat het het beeld is van de grootste Koninklijke triomf in
de geschiedenis van de kosmos. Toen Jezus Christus door het zwaard ging en het
zwaard hem in volle kracht raakte, brak zijn lichaam, maar tegelijkertijd brak het
zwaard zelf. De bijbel heeft het over de dood van de dood, door de dood van
Christus. Hij ging door het zwaard voor jou en mij.
En
dat is de reden waarom aan het einde van Marcus 15, op het moment dat Jezus
sterft, het voorhangsel in de tempel door onzichtbare handen scheurt van boven
naar beneden.
En het voorhangsel
van de tempel scheurde van boven tot onder in tweeën.
De
tempel is achterhaald!
Scott
Peck [ http://en.wikipedia.org/wiki/M._Scott_Peck],
een Amerikaanse psychiater,die verschillende boeken schreef en altijd aan het
worstelen was met religie en geloof, zei ergens:
‘Hoe
maak je het kwaad onschadelijk? Ik snap het niet helemaal, maar ik zie wel dat
telkens als het kwaad onschadelijk wordt gemaakt, er iemand moet worden
geofferd.’ En dan haalt Scott Peck, tot mijn verbazing, C.S.Lewis aan:
'Als een gewillig slachtoffer, dat geen verraad had gepleegd, werd gedood in plaats van een verrader, zou de Tafel in stukken breken en de Dood zelf zou achteruit worden gewerkt’.
En zeggen christenen dus:
The terrors of law and of God
With me can have nothing to do;
My Savior’s obedience and blood
Hide all my transgressions from view.
[Bron: http://www.hymnal.net/hymn.php/h/292#ixzz2Mwviw8YB]
De angsten voor de wet en voor God
kunnen niets te maken hebben met mijzelf:
De gehoorzaamheid en het bloed van mijn Heiland
verbergen al mijn overtredingen.
Dat is de kracht van Jezus Christus die hij in ons leven terug gaat brengen. Als je op hem vertrouwt brengt hij die op een dag terug in je leven, brengt hij de aanwezigheid van God terug in je leven. En die kracht noemen wij de Heilige Geest. En op een dag brengt hij het terug naar de hele wereld en maakt hij alle dingen nieuw.
Maar
we zijn nog niet helemaal klaar. Deze tekst kijkt als het ware terug op alle
voorgaande hoofdstukken van het boek Marcus. Dit is er een goede samenvatting
van. Maar de tekst vertelt ons ook nog hoe het karakter van Jezus door zijn
kracht gestalte krijgt in ons.
3. Hoe wordt de
kracht van zijn karakter zichtbaar, vruchtbaar gemaakt in ons leven?
Er
speelt zich een interessant incident af tussen de intocht in Jeruzalem en de
reiniging van de tempel, dat wij kennen als het incident met de vijgenboom. Als
je deze geschiedenis leest kun je de indruk krijgen dat Jezus er niet zo goed
van af komt. Er staat:
Toen ze de volgende
dag uit Betanië vertrokken, kreeg hij honger. Hij zag in de verte een
vijgenboom die in blad stond en ging erheen in de hoop iets eetbaars te vinden,
maar toen hij bij de boom gekomen was, vond hij geen vruchten; het was namelijk
nog niet de tijd voor vijgen. Hij zei tegen de boom: ‘Nooit ofte nimmer zal er
nog iemand vruchten van jou eten!’
Dat
klinkt niet goed. Jezus loopt naar een boom, maar het was niet de tijd voor
vijgen. Hij vindt inderdaad geen vruchten en de boom krijgt staf.
Wat?
Geen vruchten omdat het er tijd niet voor was en dan straf geven? Veel mensen
hebben moeite met Jezus houding ten opzichte van de vijgenboom.
Maar
als je goed kijkt dan gaat het niet om de vijgenboom maar om ons. Deze
geschiedenis is al beter te begrijpen als je weet dat vijgenbomen twee soorten
vruchten dragen. Voordat er weer blaadjes gaan groeien, nadat ze er in de winter
vanaf zijn gevallen, verschijnen er kleine knopjes aan de vijgenboom. En die
kun je heel goed eten. De takken zijn er vol mee en vooral door reizigers
werden ze erg gewaardeerd. Ze plukten ze er af en aten ze op tijdens de reis.
Jezus
ziet een vijgenboom die in blad stond en liep er dus heen. Als je een
vijgenboom zag die al wel blad had maar waar helemaal niet van die kleine
knopjes aan zaten, dat wist je iets. Dan had de boom een ziekte, dan was er
iets mee mis. Van een afstandje kon een boom er wel goed uit zien omdat er al
blad aan zat, maar hij produceerde dus niet van die knopjes en was dus
vanbinnen wellicht ziek en zou dood gaan. En dat is wat Jezus zegt. Hij spreekt
uit wat er aan de hand is.
Maar
kijk nou eens wanneer dit gebeurt: tussen vers 11 en vers 15, tussen zijn
aankomst in de tempel en zijn terugkeer naar de tempel. Daar vindt dit incident
plaats en wat dat betekent is eigenlijk heel makkelijk. Jezus geeft ons
eigenlijk een kleine gelijkenis over het vruchtbaar worden van zijn kracht in
ons leven.
Jezus
is op weg naar een plaats waar het heel druk is. Echt heel druk. Hij is op weg
naar de tempel. Je weet dat wij het in onze kerk heel druk hebben. In elke kerk
zal men het wel heel druk hebben. Er is zoveel te doen, er is zo veel geluid,
het is er een komen en een gaan. Net als in de tempel. Veel drukte, maar de
spiritualiteit was er niet. Niemand was er aan het bidden op dat moment. En ik
denk dat Jezus met de gelijkenis dit wil zeggen:
‘Als
Ik de aanwezigheid van God weer in je leven heb terug gebracht, doordat ik de
ultieme priester ben geweest en het ultieme offer, dan is jouw leven nu een
tempel van de Heilige Geest. De Heilige Geest, de aanwezigheid van God, die
ervoor zorgt dat bergen gaan schudden en die het contact weer heeft herstelt.
Als hij nu echt in de je leven aanwezig is, dan wil ik meer zien dan alleen maar
drukte en activiteit. Dan zou er meer moeten zijn dan ‘Ja hoor, ik lees de
bijbel en doe dit en dat.’ Je zou moeten veranderen in je karakter. En is jouw
karakter werkelijk veranderd?’
Stel
dat jij iemand bent die snel bezorgd is. Is het jouw omgeving opgevallen dat je
daarin echt bent veranderd? Ben je iemand die snel boos wordt, is het jouw
omgeving duidelijk geworden dat je daar helemaal overheen bent? Als je een
angstig mens bent, als je de neiging hebt jezelf centraal te zetten, of om
jezelf te haten…is het echt duidelijk voor de mensen die jou kennen dat je een radicaal
ander mens bent geworden? Dat er in de kern van je bestaan, dat er in je
karakter een wedergeboorte heeft plaatsgevonden?
Of
ben je juist druk, heel erg druk met al je religieuze activiteiten? Kijk, ik
ben dominee, dus ik wil ook graag dat je betrokken bent bij de kerk ;) Maar zorg
wel dat je door de bomen het bos blijft zien.
Hoe
kun je dan weten of het karakter van Jezus zichtbaar, vruchtbaar wordt in jou?
Jonathan Edwards zegt aan het eind van zijn preek:
‘Het
paradoxale van het karakter van Jezus, de combinatie van karaktereigenschappen
die je normaal gesproken nooit ziet in één persoon, zal in jou zijn evenbeeld
krijgen. Je wordt een replica van Jezus. Er zijn vruchten te zien. Daardoor
weet je dat je niet gewoon een aardiger, gedisciplineerder, meer moreel mens
bent geworden, maar dat het leven van Jezus Christus werkelijk gestalte krijgt
in jou.’
Qua
temperament heb je introverte en extraverte mensen. Je hebt denkers en gevoelsmensen.
Je hebt mensen die snel een beslissing kunnen nemen en je hebt mensen die meer
op het proces zijn gericht, die ergens over willen nadenken en willen praten.
Je hebt mensen die in aanleg qua temperament andere eigenschappen hebben dan
andere mensen. En dat is natuurlijk goed. En tot een bepaalde hoogte verwacht
je dat ook, want we zullen, tot de laatste dag, nooit volledig het karakter van
Jezus kunnen weerspiegelen. Maar herken jij dat er iets van het unieke van het
karakter van Jezus te zien is in jou? Dat is het gevolg van het evangelie! Dit
zeggen we hier heel vaak in de kerk, maar laten we het nog maar eens herhalen,
want het is een belangrijk punt.
Elke
andere religie zegt dat je gered wordt en bij God kunt horen dankzij je eigen
morele streven. Elke andere religie
zegt: doe deze dingen en je zult leven. Houd je aan de normen en je zult de
verlichting bereiken of kennis van God of zegen krijgen of iets dergelijks.
Houd je aan de normen en je bent gered. Als dat waar is, dan zullen die
eigenschappen - vrijmoedigheid en
nederigheid, majesteit en zachtmoedigheid, kracht en zwakte – nooit worden
gecombineerd. Nooit! Want als je gered wordt door je eigen goede werken,
gebeurt er dit: als je je houdt aan de normen heb je zekerheid en zul je je
goed voelen over jezelf. Dat zal altijd resulteren in zelfvoldaanheid,
zelfrechtvaardiging, neerkijken op andere mensen die het niet zo goed doen als
jij het doet, als je iemand ziet falen zul je zeggen: ‘Zoek het lekker zelf
uit. Kom maar terug als je je zaakjes op orde hebt.’ Je hebt durf en voelt je
koninklijk, maar je bent niet kwetsbaar en nederig.
En
aan de andere kant: wat gebeurt er met je als het je niet lukt volgens die
normen te leven en je faalt? Als je denkt dat je gered wordt door volgens
bepaalde normen te leven en nu faal je daarin, wat dan? O, je zult je zeker
nederig voelen en je zal vol begrip zijn voor mensen die ook falen en zeggen
dat je hen begrijpt. Je zult niet neerkijken op mensen die fouten maken. Maar tegelijk
zul je niet barsten van heerlijk enthousiasme en van vertrouwen en
vrijmoedigheid.
Maar
wat als er radicaal van je gehouden wordt vanwege wat Jezus heeft gedaan,
ondanks jouw fouten? Wat nou als jouw relatie met God niet volledig afhankelijk
is van jouw goede papieren, maar van de ‘goede papieren’ van Jezus; niet van
jouw verleden, maar van Jezus verleden; niet van jouw prestaties, maar van
Jezus prestaties; niet vanwege jouw leven, maar vanwege het leven van Jezus?!
Dan, zoals Martin Luther zei in het Latijn, want hij was een Augustijner monnik
en die zeiden dingen in het Latijn, dan zijn christenen ‘Simul iustus et peccator’.
Dat wil zeggen: tegelijk rechtvaardig en zondaar. Rechtvaardig voor God,
geliefd door hem, hij is verrukt over je én tegelijkertijd ben je in grote mate
gebroken om wie jezelf bent. Je wordt vernederd door het evangelie omdat je door
het evangelie weet dat je zo slecht bent, dat hij voor jou moest sterven. Maar
je wordt ook vrijmoedig door het evangelie, omdat je daardoor weet dat je zo
waardevol bent voor hem dat hij graag voor jou wilde sterven.
Als
deze dingen in jouw leven samenkomen, of je nu assertief bent en niet zo heel
gevoelig, of juist wel gevoelig en niet zo heel erg assertief, het deel van
jouw temperament dat zwak is zal ondersteund worden door het evangelie en je
wordt daardoor een mens die in balans is. Het wordt je standaardmodus om je
openhartig te gedragen richting mensen, je kunt je makkelijk heen en weer
bewegen, net waar de situatie om vraagt. Jezus maakte nooit een fout in het
omgaan met mensen, hij wist precies waar de situatie om vroeg. Waardoor kon hij
dat? Door zijn vrijmoedigheid en zijn nederigheid, zijn extrovertheid en
introvertheid, door zijn kwetsbare koninklijkheid, zijn sterke zwakheid. Hij
was altijd zoals hij moest zijn in elke situatie. Wij zijn dat niet, maar de
Heilige Geest kan een begin maken in ons door ons meer en meer te vernieuwen
naar zijn beeld.
Is
dat zo bij jou? Zijn die veranderingen gaande? Zie jij ze zelf? Weten jouw
beste vrienden ervan?
Als
dat niet zo is, wat ga je dan doen? Er zijn verschillende mogelijkheden. Een mogelijkheid
is dat jij dénkt dat je het evangelie hebt begrepen, maar dat dat niet echt het
geval is. Misschien zeg je: ‘Ik begrijp het evangelie’, maar aan de basis
geloof je nog steeds dat je wordt gered door je eigen werken. Op die manier
functioneren veel mensen die naar de kerk gaan. In principe functioneren zij
net als de mensen die andere religies in de wereld aanhangen. Het kwartje is
bij hen nog niet gevallen.
Het
kan ook anders gaan. Toen Jezus Christus Jeruzalem binnenreed en het toeliet
dat mensen hem koning noemden, dwong hij iedereen een keuze te maken. Toen
Jezus Christus naar de tempel ging en zei: ‘Dit is mijn huis’, forceerde hij
iedereen tot een keuze. Wat een lef!
Dit
soort claims van Jezus forceert mensen in extreme mate om een antwoord te geven
op hem. Ga je hem kronen of ga je hem vermoorden? Accepteer je hem of wijs je
hem af? Maar wat niet kan is zeggen: ‘Wat een interessante kerel’ en
onveranderd verder leven.
Jezus
maakt duidelijk dat je niet een relatie met hem kunt hebben aan de randen van
je leven. Je moet hem in het centrum zetten, niet in de bijzaaltjes. Je kunt
niet langer zeggen: ’Als ik een probleem heb praat ik wel met Jezus.’ Je moet
je hele leven om hem heen centreren. Dát is wat hij hier zegt. Hoe kun je een
relatie krijgen met iemand die zichzelf volkomen voor jou heeft gegeven, zonder
dat jij jezelf volkomen aan hem geeft?
Misschien
denk je: ‘Ik ben er bang voor om mijzelf zelf op die manier aan iemand te
geven.’ Wees maar niet bang. Want als je naar hem toegaat als een lam zal hij
jou verdedigen als een leeuw. Hij zal je beschermen tegen je eigen geweten. Hij
zal je beschermen tegen de wereld. En hij zal je beschermen tegen de hel.
Wees
niet bang voor hem.
Geef jezelf aan hem en laat door zijn kracht zijn karakter in
jouw gestalte krijgen.
Gebed
Wij
danken u, Vader, voor dit overzicht over het evangelie van Marcus en voor het
overzicht over het evangelie zelf. We weten dat we nog niet veel van uw
karakter van Jezus in ons leven kunnen vinden. Maar we vragen, dat iedereen die
dit hoort, uw Geest mag krijgen om te laten zien wat de volgende stap is die
genomen moet worden. Wat we moeten doen is voor iedereen weer anders. Maar we
vragen u of de Heilige Geest ons helpen wil deze tekst en deze waarheid in ons
leven toe te passen. We vragen het u in Jezus naam.Amen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten